Duurzaamheid – het thema van dit Accountantsmagazine – is er een dat mij na aan het hart ligt. We dachten vroeger dat we zo hard mogelijk moesten werken, zodat we zo vroeg mogelijk met pensioen konden gaan. Maar volgens mij moeten we als doel hebben om zo lang mogelijk van toegevoegde maatschappelijke waarde te zijn.
De belangrijkste vraag is dan: Hoe blijf je zo lang mogelijk van toegevoegde waarde voor de maatschappij, het bedrijf en jezelf? Aan het einde van een carrière zijn veel werknemers immers opgebrand. Niet alleen mensen met een fysiek zwaar beroep, maar ook in andere beroepen ervaren mensen na 25 of 30 jaar dat ze behoefte hebben aan rust. De kunst is om het werkende leven vol te houden. Of nog belangrijker: om blijvend energie te halen uit het werk. Dit gaat uiteraard gepaard met voldoende vrije tijd.
Energie uit het werk
Elke werknemer of ondernemer haalt op een andere manier energie uit zijn of haar werk. En bij elk bedrijf wordt daar een andere invulling aan gegeven. Ik heb er bij mijn bedrijven voor gekozen om veel eigen verantwoordelijkheid te bieden aan werknemers, in combinatie met de vrijheid van bijvoorbeeld thuiswerken. Daarnaast bieden we diverse opleidingsmogelijkheden. Dit soort arbeidsvoorwaarden en diensten zijn van groot belang. Als werkgevers dat niet aanbieden omdat ze van mening zijn dat hun werknemers daar bijvoorbeeld geen behoefte aan zouden hebben of dat niet kunnen, is dat naar mijn mening onacceptabel. Die houding is zinloos en vertragend voor de groei van het bedrijf en haar werknemers. Employabiliteit is van groot belang, als een werkgever zijn werknemers wil behouden, is scholing essentieel.
Motivatie om te werken
De maatschappij veranderd, de wereld ontwikkelt zich. Als alle babyboomers over vijf à tien jaar de arbeidsmarkt hebben verlaten, moeten nieuwe werknemers het werk gaan overnemen en uitvoeren. Daarvoor is alle arbeidscapaciteit nodig. Dat betekent dat parttimers gemotiveerd moeten worden om meer uren te maken. En er moeten meer mogelijkheden komen voor mensen met een beperking, zodat zij langer – parttime – kunnen doorwerken. Dit geldt ook voor mensen die om een andere reden afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Het moet daarnaast voor alle werknemers aantrekkelijk blijven om tot de pensioendatum, en bij voorkeur eigenlijk ook daarna, door te werken.
“Het is daarom belangrijker dan ooit om werk en privé anders te combineren dan we voorheen deden.”
Snoepen uit de pensioenpot
Doorwerken tot de pensioendatum of zelfs daarna kan natuurlijk altijd parttime. Wil je eigenlijk eerder met pensioen of juist niet meteen stoppen nadat je de AOW-leeftijd hebt bereikt? Dan kan je met deeltijdpensioen. Je blijft werken, maar minder uren per week. Als de inkomsten hierdoor te laag zijn vul je de overige uren vanuit jouw pensioenpot aan. Deeltijdpensioen – en omscholing – is op deze manier misschien wel het nieuwe pensioen!
Doe het eens anders
Niets doen leidt tot niets. En als werknemers en werkgevers blijven doen wat ze al deden, blijft alles hetzelfde. Om geënthousiasmeerd te blijven over het werk, is het cruciaal om soms wat anders te proberen. Het is daarom belangrijker dan ooit om werk en privé anders te combineren dan we voorheen deden. Er ligt een taak voor werkgevers om hiermee aan de slag te gaan. Maar ook werknemers en ondernemers moeten die taak zelf invullen en als het nodig is afdwingen bij de werkgever.